Jouw contactpersoon
Het Retabel van Averbode is sinds 2015 erkend als Vlaams Topstuk omdat het als zeldzaam en onmisbaar erfgoed wordt beschouwd. Het is een prachtig voorbeeld van laatmiddeleeuwse beeldhouw- en schilderkunst dat ons veel leert over retabelkunst uit de 15e en 16e eeuw. Bovendien is de opbouw ervan bijzonder. Er zijn niet veel voorbeelden van retabels die 1 groot centraal tafereel tonen in plaats van meerdere kleine.
Het begon allemaal met honing
In 1514 gebruikte de abdij van Averbode de opbrengst van de honing om het retabel te laten maken: in totaal goed voor 34 rijnsgulden en 20 stuivers. Ter vergelijking: afhankelijk van de grootte, zou de prijs voor een retabel ongeveer overeenkomen met het jaarloon van een bouwvakker uit de 16e eeuw.
De abdij betaalde Jacob van Cothem, een beeldsnijder en handelaar uit de Antwerpse Kammenstraat, om het stuk te laten maken. Een retabel is een mooi voorbeeld van teamwerk: er komt een schrijnwerker, beeldsnijder, metselsnijder, schilder én een prenter aan te pas. Eens klaar, kreeg het kunstwerk een plek op het altaar van de kerk van de abdij.
Schepen voor cultuur Nabilla Ait Daoud:
Het is mooi om te zien dat Het Retabel van Averbode uiteindelijk terugkeert naar de plek waarvoor het oorspronkelijk werd gemaakt. Omstreeks 1874 kocht het Antwerpse Museum voor Oudheden het retabel aan en intussen maakt het deel uit van de MAS-collectie. Wie goed oplet, kan op de buitenrand van de retabelkist Antwerpse handjes zien, wat bewijst dat het bij ons is gemaakt. Als dat niet iets is om trots op te zijn!
Het Retabel van Averbode is eerder klein van formaat. Het centrale gebeeldhouwde deel toont de Bewening van Christus. Het dode lichaam van Jezus wordt er omringd door zijn naasten met de stad Jeruzalem op de achtergrond. Links en rechts van dit tafereel zien we de Kruisiging en de Verrijzenis van Christus geschilderd in de stijl van de Antwerpse Maniëristen.
Terug thuis
Na 150 jaar keert het Retabel van Averbode terug naar huis. Met deze langdurige bruikleen realiseert het MAS een belangrijke ambitie: de collectie duurzaam verbinden met de betrokken erfgoedgemeenschappen.
Het tentoonstellen van het retabel in een niet-museale ruimte heeft veel tijd en zorg gekost met aandacht voor de strikte richtlijnen die gelden voor een Topstuk. Een nieuw gebouwde passieve klimaatvitrine zorgt voor een verhoogde bescherming van het stuk in de kerk. Speciale meters registreren in real time het binnenklimaat en het licht zodat er indien nodig snel kan ingegrepen worden.
De terugkeer kadert in het project ‘Vlaamse meesters op hun plek’ van Openbaar Kunstbezit Vlaanderen en Toerisme Vlaanderen. Mede dankzij hun financiële steun kunnen kunstliefhebbers uit Vlaanderen en ver daarbuiten kennis maken met Vlaamse meesters op hun oorspronkelijke locaties.
Ik ben verheugd dat dit Vlaams topstuk terugkeert naar zijn oorspronkelijke plek en zo deel kan uitmaken van het netwerk ‘Vlaamse meesters op hun plek. Met dit netwerk van 100 sites in Vlaanderen wil Toerisme Vlaanderen bezoekers uit binnen- en buitenland Vlaamse meesterwerken laten ontdekken op de plek waarvoor ze gemaakt zijn of waar ze al lange tijd toe behoren. Maar we willen ook bewoners bewust maken van de erfgoedpareltjes die ze soms letterlijk om de hoek hebben hangen en hen aanmoedigen trots te zijn op hun lokale schatten.